Waarom je niet te klein bent voor een beurs
- Caroline Schelpe

- 6 dagen geleden
- 4 minuten om te lezen
“Wij zijn te klein voor een beurs.”

Het is een zin die ik regelmatig hoor wanneer ik met zaakvoerders, salesverantwoordelijken of marketingprofielen van KMO’s praat. Meestal komt die uitspraak niet uit twijfels over hun product of dienst, maar uit onzekerheid over hun positie tussen die grote spelers.
Geen mega budget, geen imposante stand, geen 7-koppig marketingteam achter de schermen...
En dus automatisch de gedachte "Misschien is dit niets voor ons"
Die redenering is begrijpelijk, maar ze vertrekt vanuit de verkeerde aanname. Niet de grootte van jouw bedrijf bepaalt of een beurs wel zinvol is. De mate waarin je voorbereid bent wél!
De fout die veel KMO's maken
Kleine en middelgrote bedrijven vergelijken zichzelf vaak met de grote jongens op de beursvloer. Ze kijken naar de oppervlakte van de standen, het aantal schermen, de blinkende visuals en de teams in strak blauw pak. En ze besluiten: daar kunnen wij niet tegenop.
Wat ze niet zien, is dat beursrendement zelden ontstaat door wie het meest opvalt. Dat afgetraind salesteam in strak blauw pak staat niet garant voor méér rendement op de beurs… Het ontstaat door wie het meest doelgericht aan de slag gaat.
Die typische belemmeringen klinken steeds hetzelfde:
“We hebben geen groot budget.”
“Onze stand is maar klein.”
“We kunnen niet opboksen tegen die grote spelers.”
Het probleem zit niet in de bedenking, maar in het vertrekpunt. Als je jouw deelname beoordeelt op basis van hoe groot en hoe je zichtbaar bent, zit je automatisch in een verloren wedstrijd. Als je focust op hoe scherp je aanwezig bent, wordt het verhaal helemaal anders.
Klein zijn is geen nadeel, vaag zijn wel
De bedrijven die écht resultaat halen uit hun beursdeelname, zijn zelden degene met de grootste stand. Het zijn de bedrijven die vooraf nagedacht hebben
✔️ Ze weten wie ze willen aanspreken.
✔️ Ze weten wat ze willen vertellen.
✔️ Ze weten wat een goed gesprek moet opleveren.
Dat klinkt eenvoudig, maar dat is helaas waar het vaak misloopt bij kleinere teams. Niet omdat ze het niet willen, maar omdat ze er te weinig tijd of structuur voor vrijmaken. De beurs komt erbij, bovenop alles wat al loopt, en wordt zo een extra to do in plaats van een strategisch moment.
Waar het meestal fout loopt
Bij veel KMO’s zie je hetzelfde patroon terugkomen, en dat is zelden een kwestie van onwil, maar wel van realiteit. Er is geen heldere doelstelling vooraf, of ze blijft vaag, zonder prioriteiten of duidelijke verwachtingen. Het team weet dat ze “iets” willen halen uit de beurs, maar niemand heeft scherp wat dat dan concreet moet zijn, waardoor gesprekken op de stand vaak ontstaan vanuit improvisatie in plaats van voorbereiding.
Daarbovenop ontbreekt het vaak aan een duidelijke rolverdeling. Iedereen voelt zich betrokken, maar net daardoor ontbreekt eigenaarschap. Niemand stuurt het proces echt aan, niemand bewaakt de structuur en de opvolging. En wanneer de beurs voorbij is, neemt de dagelijkse druk het opnieuw over. Leads verdwijnen in mailboxen, waardevolle contacten blijven liggen en wat een startpunt had kunnen zijn, dooft stilaan uit.
Dat heeft weinig te maken met de grootte van je stand of je marketingbudget. Het gaat over het ontbreken van richting en voorbereiding, twee elementen die net wél binnen bereik liggen van elke KMO.
De realiteit die weinig mensen willen horen
Veel bedrijven blijven denken dat ze te klein zijn voor een beurs, terwijl het echte probleem meestal elders ligt. Het gaat niet over “te klein zijn”, het gaat over niet voldoende voorbereid zijn. En dat verschil is belangrijk, omdat het ook betekent dat je er wél iets aan kan doen.
In de praktijk zie ik regelmatig kleine teams die met een scherpe focus, duidelijke doelen en een goed voorbereid standteam veel sterker aanwezig zijn dan grotere bedrijven die vooral steunen op hun omvang en zichtbaarheid. Het verschil zit niet in middelen, maar in keuzes.
Hoe wel het verschil maken
Wat werkt, is geen ingewikkeld marketingplan of een batterij externe partners, maar een helder kader dat vooraf opgebouwd wordt. Bedrijven die hun beursdeelname echt ernstig nemen, bepalen op voorhand wie ze willen spreken, welke boodschap ze willen brengen en wat ze na de beurs met hun contacten willen doen. Ze bereiden hun team voor op gesprekken, zorgen dat iedereen weet wat de bedoeling is en organiseren de opvolging nog voor de eerste bezoekers over de standvloer lopen.
Dat vraagt geen grote budgetten, maar wel tijd en mentale ruimte om boven je dagelijkse operatie te gaan staan en strategisch na te denken. En net daar ligt voor veel KMO’s de grootste uitdaging, niet omdat de wil ontbreekt, maar omdat de ruimte ontbreekt.
De rol van projectbegeleiding in dit verhaal
Projectbegeleiding wordt vaak gezien als iets voor grote structuren, maar net kleinere organisaties halen hier vaak het meeste voordeel uit. Niet om het denkwerk uit handen te geven, maar om iemand naast zich te hebben die helpt om de juiste vragen te stellen, prioriteiten te bepalen en structuur aan te brengen in wat vandaag vaak versnipperd blijft.
Goede projectbegeleiding vertaalt zich niet in theorieën of grote woorden, maar in praktische helderheid: duidelijke doelstellingen, een realistische planning die past binnen de werking van een KMO, een voorbereid standteam en een concreet opvolgkader dat ervoor zorgt dat de inspanningen niet verloren gaan zodra de beurs voorbij is.
Tot slot
Een beurs is geen speeltuin voor grote bedrijven en ook geen wedstrijd in wie het meest kan uitpakken, maar een strategisch moment voor bedrijven die bewust willen werken aan hun marktpositie en commerciële groei. Wie zijn deelname benadert als een project, staat sterker dan wie het blijft zien als een loutere aanwezigheid.
Als je jezelf ooit de vraag stelde of je bedrijf wel groot genoeg is voor een beurs, dan ligt de echte vraag misschien ergens anders: ben je voldoende voorbereid om er het maximale uit te halen?
Veel KMO’s voelen zich als een kleine vis in een te kleine bokaal, terwijl er in werkelijkheid naast hen vaak veel meer ruimte ligt dan ze zelf durven inschatten. Het verschil zit zelden in groter worden, maar in het bewust kiezen van je volgende beweging.
En wie dat potentieel gestructureerd wil benutten, begint zelden bij een grotere stand, maar bijna altijd bij een sterkere voorbereiding.
Heb je zelf ervaringen, tips of aanvullingen die andere lezers kunnen helpen? Laat gerust een reactie achter, jouw bijdrage kan van onschatbare waarde zijn!
Veel succes!
Caroline







Opmerkingen